Als de 18 jarige Daniel opeens wakker wordt in een bos voelt hij zich vreemd. Hij hoeft een ongeluk gehad met zijn fiets, maar kan zich daar niets van herinneren. Wel valt het hem op dat het bos erg stil is. Hij hoort geen enkel geluid van vogels of insecten en ook de dieren laten zich niet horen of zien. Met zijn verbogen fiets vliegt hij naar huis, maar daar ontdekt hij dat zijn broertje er niet is. Er ligt alleen een briefje dat hij naar het naastgelegen dorp, Riden, is gegaan.
Het verhaal begint interessant en zadelt ons al direct op met veel vragen? Gaandeweg komen we er wel achter wat er aan de hand is. In het begin is eigenlijk helemaal niet duidelijk dat er dingen veranderd zijn, maar dat begint langzaam duidelijker te worden als de zoektocht naar Jonas, het broertje, verder gaat. Al na enkele hoofdstukken zullen we dat merken.
De veranderingen worden in het verhaal wel aangestipt, maar niet uitgebreid behandeld. Het zou fijn zijn geweest als de auteur deze dingen verder uitgewerkt had.
Het boek leest lekker weg en voor je het weet heb je weer een paar korte hoofdstukken verslonden. Boek eindigt wat abrupt, maar misschien komt dat in een eventuele volgende deel wel in orde
Wat me opviel is dat Daniel en Echo in een voormalig, verlaten, militaire basis zomaar een computer vinden die nog blijkt te werken en schijnbaar zonder in te hoeven liggen zo bij geheime stukken kunnen komen.
Sommige andere dingen komen ook ongeloofwaardig over.
Verder is het een aardig verhaal, maar geen topper.