Dit is het tweede boek uit de serie en kan NIET los gelezen worden. Ik adviseer dan om eerst het duizend eland experiment eerst te lezen.
Jack is een genetisch gemanipuleerd wonderkind. Hij beseft dat de mensheid nog maar weinig tijd heeft om te overleven en met drie andere genetische gemanipuleerden mensen weet hij een kunstmatige superintelligentie te bouwen welke problemen om een eventuele buitenaardse invasie te voorkomen kan oplossen. Voor het programma kan gaan werken worden twee van deze vier genetisch gemanipuleerde mensen vermoord door een terrorist. Uiteindelijk wordt het project gestopt en doet Jack iets waardoor hij in de enige nog bestaande gevangenis terecht komt.
Jack’s tweelingbroer, Redmond, is vele lichtjaren van hem gescheiden. Via een ‘telepathische’ weg vangt Jack af en toe een glimp van hem op. Redmond is de leider van een groep jongeren die uit het ‘Gebouw’ heeft weten te ontsnappen. Echter, eenmaal buiten bevinden zij zich in gevaar. Al meteen wordt de helft van de groep gedood door de Zespoten. Dan wordt het groepje overlevenden gered, maar zij blijken van de regen in de drup te zijn gekomen als later blijkt dat deze redders kwade bedoelingen heeft met de mensheid. Opnieuw weten de resterende jongeren te ontsnappen op het moment dat er een bomexplosie voortdoet in het gebouw waar zij gevangen zitten.
De twee verhaallijnen lopen lekker langs elkaar heen, en persoonlijk vond ik die van Redmond interessanter dan die van Jack, die me soms een beetje te arrogant was. Dat wil niet zeggen dat ik geen sympathie voor hem had, zeker niet. Hij was behalve arrogant ook nog nietsontziend en gewelddadig.
Hij blijft zoeken naar manieren om los van het SoNet te kunnen leven om zijn eigen dingen te doen om te voorkomen dat de Aarde in 2102 wordt gevonden door de Feind.
Net zoals in het eerdere boek worden er over biologische processen en technische hoogstanden gesproken die voor de gemiddelde lezer moeilijk begrijpbaar zijn. Doordat je steeds een beetje meer informatie krijgt over de gebeurtenissen blijf je wel lekker in het verhaal.
Prettig is te zien dat iedere hoofdstuk laat zien wiens verhaallijn we lezen, en waar in de tijd die zich bevind. Mijn eerdere opmerking bij het vorige boek blijft ook nu weer bestaan. Het is maar een klein detail, maar persoonlijk vind ik het prettiger als een hoofdstuk op een nieuwe pagina begint.
Frank van Dongen zet ons een wereld voor vol met mensen die afhankelijk zijn geworden van het SoNet, een soort internet die allerlei entertainment biedt. Alleen om te eten en te slapen komen zij nog uit hun VR-wereld. Overheden maken hier goed gebruik van door zo te zorgen dat de mensen tevreden blijven.