De schrijver heeft een goed verhaal bedacht, zeker, maar het miste toch het nodig. Een groot deel van het boek werd besteed aan de brieven die Petrus en Judas uitgewisseld zouden hebben over het ‘ware verhaal van Jezus’.
Tijdens een opgraving in Matilo (een Romeinse nederzetting bij Leiden) wordt een gezichtsmasker gevonden[[echt gebeurd]], en nog iets anders, iets met meer waarde. Dit zou de wereld en zeker de Katholieke Kerk op de grondvesten doen schudden.
Peter, een docent geschiedenis op de Universiteit van Leiden, en een van zijn studenten raken toevallig betrokken bij deze vondst. Zij krijgen het kistje met de brieven in hun handen, maar moeten dan vluchten voor hun leven, als een geheimzinnige man probeert hen te doden.
Het deel met de vertaalde brieven was soms moeilijk te volgens als je niet op de hoogte bent van de Bijbel.
Ik heb eerst een ander boek van de auteur gelezen (Het Pilgrim Fathers complot), en daardoor was de spanning iets minder, wel las het boek vlot weg. Als dit het eerste boek was dat ik van deze schrijver lees, dan weet ik niet zeker of ik de volgende delen was gaan lezen.
Een Nederlandse Dan Brown vind ik nogal vergezocht, daar moet Jeroen Windmeijer toch nog wat meer zijn best doen. De actie in het boek wordt nogal verstoord door het feit dat de auteur sommige dingen wil gaan uitleggen.
Het einde viel tegen. Al in al, geen hoogstandje, maar voor in de vakantie pf een verloren uur goed te doen