
In tegenstelling tot de ‘Kronieken van de IJstijd’ van deze auteur, pakte dit boek me wel al snel.
Dit boek is geen diepgravende fantasy, maar het is gewoon een plezierige combinatie van avontuur, humor en plezier.
De personages zijn heel menselijk en soms wat wijsneuzig.
De jongen Garion leeft met zijn tante Pol in een boerenhofstee, waar hij de nodige kinder-kattenkwaad uithaalt. Eens in de zoveel tijd word de hofstede bezocht door een reizende verteller, die veel aandacht heeft voor de jongen.
Een aantal jaren verder (rond Garion’s 15e verjaardag) komt zijn vredige leven in gevaar, en moet hij samen met zijn tante Pol, de verhalenverteller en de smid vluchten