Honderden cycli zijn voorbij gegaan sinds we voor het laatst iets hoorden uit het Veilige Land of van de Dwergen. De Dwerg Goïmron is een stenensnijder, maar is veel liever bezig met het zoeken naar artifacten uit de oude tijd. Toevallig vindt hij in een oude kist een dagboek die later geschreven blijkt te zijn door Tungdil Goudhand, de grote held in de geschiedenis van de Dwergen, die honderden cycli geleden tijdens een aardbeving verdween. Toch weet hij het zeker dat Goudhand leeft, de laatste aantekening in het boek is nog maar van kort geleden. Hij moet en zal Goudhand vinden, en de hoop dat Tungdil de Dwergen opnieuw kan verbinden.
Goïmron verzoekt de Koning van de Derden om hulp om Goudhand op te sporen, maar die weigert. Toch vertrekt Goīmrom later als nog op reis met een groep krijgers. Onderweg krijgen zij te maken met een eeuwenoude intrige en gewetenloze strijd tussen mensen, Alfen en draken.
Actie en slagen met diverse vijanden zijn aan de orde van de dag. Het boek volgt meerdere verhaallijnen en dat maakt het, zeker met sommige namen, wel eens lastig om je op het verhaal gericht te houden. De nieuwe personages zijn innemend en je sluit ze zo in je hart.