Het boek begon veel belovend genoeg, maar het einde was bedroevend.
Het verhaal volgt de gebruikelijke Cussler lijn. Onderhoudend, veel actie, technisch aannemelijk, maar vooral een variatie op hetzelfde oude thema. Iets verloren lang geleden; aanwijzingen leiden tot herontdekking van vandaag; good guys jagen op slechteriken om het als eerste te vinden; confrontatie; de goede winnen. Allemaal heel voorspelbaar.
Over het algemeen vind ik de verhalen van Cussler echt wel goed, maar dit zijn verhalen waarin zijn naam als merk wordt gebruikt om onbekende auteurs aan een markt te helpen.
Nu het verhaal op zich:
Op Pine Island, dat al generaties in handen is van de Ronish-familie, bevind zich een diepe put, die al diverse malen is onderzocht door leden van de familie, maar iedere keer liep dat uit op een tragedie. Op 7 december 1941 is het de beurt aan de 5 Ronish broers om te proberen het geheim te achterhalen. Ook dit keer ging het mis, en verdronk een van hen. De overgebleven broers worden de oorlog in gesleurd.
De huidige tijd: Juan Cabrillo is voorzitter van de Corporation – kapitein van het schip de Oregon, maakt deel uit van een intense en toegewijd team van mannen en vrouwen. Hij en zijn team hadden 36 uur de tijd om een neergestorte satelliet, die in Argentinië terecht was gekomen te bergen. Het probleem is dat de Argentijnse junta een coup had gepleegd en het land onder een zwaar militair regime zucht.
Kapitein Cabrillo en zijn mensen vinden de satelliet, maar komen ook in gevecht met de gevreesde 9e brigade. Tijdens hun toch door de jungle komen ze op het spoor van een van de geheimen die verband houden met Pine Island.
Deze ontdekking stuurt Juan en zijn collega van Argentinië, naar Washington, en naar de Zuidpool, alwaar ze weer in gevecht komen met de 9e brigade, die daar heen gestuurd is om een illegale annexatie door Argentinië te verdedigen.
