Leuk geschreven boek over twee jongens, Daan en Sietze, die het tijdens de oorlog aan de stok krijgen met ‘Goliat’, een WA-man. Dankzij de hulp van ‘oma’ Tjallinga weten ze op het nippertje oaan hem te ontsnappen. Later brengen zij illegale krantjes rond. De vader van Daan moet onderduiken omdat hij niet in Duitsland wil gaan werken. De jongens raken steeds meer betrokken bij de illegaliteit.
De boeken van Piet Prins zijn op gereformeerde leest geschoeid, de christelijke levensovertuiging van de auteur vormt de motor van zijn schrijverschap. Als je daar overheen leest is dit best wel een goed te lezen boek. Volgens de uitgever geschikt voor 13-15 jarigen, maar ik vind dat zelf de doelgroep eerder moet worden gezocht in de groepen 7/8 van de basisschool, als er al interesse voor zou zijn.
