Redelijk saai verhaal, waarin Biggles, Algy, Smyth en oom Dickpa op weg gaan naar Brazilië om een grote goudschat te zoeken.
Na de nodige avonturen lijkt het Biggles cs. uiteindelijk de schat te vinden, maar of ze er mee naar huis kunnen komen is een tweede.
Een aantal dingen vond ik wel leuk om te lezen, zoals het begin van het verhaal, en de scene met die mieren die het hele vliegtuig bedekten.
Lange tijd was het mij in het verhaal onduidelijk of ze nu IN de berg waren, want beschreven werd dat ze de sterren konden zien door een spleet in de rotsen, en dan leek het alsof ze weer buiten liepen.
Smyth was wat mij betreft een beetje een vlak personage, die eigenlijk alleen maar mee was als bagage.