Een mooi verhaal, dat zich afspeelt in 1948 (vandaar de titel). Vlak voor het einde van de Tweede Wereldoorlog, laat Hitler raketten met een virus (‘bloeddood’) lanceren. Door dit virus verdikt het bloed van zijn slachtoffers, tot het uiteindelijk zo dik is dat de aders verstopt raken. Het resterende bloed zoekt een uitweg via allerlei lichaamsopeningen. Sommige slachtoffers sterven vrijwel direct, terwijl het voor anderen jaren duurden en zij leiden een naar leven. Dan zijn er ook nog mensen met AB-negatief, die immuun zijn voor deze ziekte.
Hoke, een piloot uit Amerika, is een van de mensen met deze bloedgroep, en hij probeert van alles om uit de handen te blijven van de Britse Nazis die het op zijn bloed hebben voorzien. Het boek begint in het midden van het conflict. Hij leeft al 3 jaar tussen het puin en de lijken van een verwoest Londen. Achtervolgt door een meedogenloze groep facistische zwarthemden weet hij zich te redden. Op een dag ontdekt Hoke dat hij niet alleen is, er zijn andere overlevenden, waaronder twee vrouwen en een Duits krijgsgevangene. Ook zij willen er alles voor doen om te overleven. De enige uitweg lijkt te gaan door de duistere tunnels onder de stad.
De hoofd- en secundaire personages komen in diverse moeilijkheden gedurende het verhaal. De personages zijn zeer geloofwaardig neergezet, en de interactie tussen hen voldoende om me in het verhaal te houden.
Het verhaal had voldoende actie en tempo,
Er was genoeg geweld en ‘horror’ in het verhaal zodat een echte fan voldoende aan zijn of haar trekken kan komen. Zelfs ben ik geen liefhebber van het horror genre, maar in dit boek paste het, want niet extreem.